People watching in Washington Square Park...

Onder het motto "een schrijver moet vooral plezier beleven aan het schrijven" heb ik me de voorbije week al enkele malen op een bankje gezet, om al mijn bevindingen en indrukken op dat eigenste moment neer te pennen. Literair voyeurisme, bestaat die term al? Het is voorlopig nog niet duidelijk of ik hier achteraf ook echt iets mee ga doen, maar ik wil hierbij alvast een fragment neerposten. Ik zou het waarderen om jullie reacties hierover te ontvangen. Smaakt het naar meer, of is het maar 'lauwflauw'. Please, let me know !



Washington Square Park, NY – Zaterdag 21 september, 15u00 – Warme septemberdag, 25 graden.
 
 

Ik heb me zojuist op een bankje gezet in het midden van Washington Square Park, gezicht gericht op een brandend zonnetje. Het is gezellig druk in het park, dat hoeft niet te verbazen op zo een mooie dag in het weekend. De sfeer is hier uitgelaten levendig, gezellig en toch ook gemoedelijk. Onder de 30 meter hoge indrukwekkende triomfboog speelt een drietallige brassband opzwepende deuntjes, iets verder zingt de opvolger van Bruce Springsteen de ziel uit zijn verouderde lijf. ‘Straight from the heart’ heet zoiets. Tal van andere straatartiesten/kunstenaars geven het plein nog extra kleur, in zoverre dat nog nodig is. Het grootste spektakel op Washington Square zijn immers de vele honderden aanwezigen; gezeten op de houten banken rondom de sprankelende fontein, neerliggend op de uitnodigende grasperkjes, of voorbij flanerend op deze never ending catwalk. Het is de moeite wat een mens hier ziet passeren en niet voor niets wordt dit park in menige brochure omschreven als ‘place to be’ om aan people watching te doen. 
 
 

Onmogelijke opdracht om de variatie aan mensen hier te beschrijven, maar sta me toe een poging te doen, of om er alvast enkele kleurrijke personages uit te pikken. Neem nu de oudere dame die hier al een tijdje naast me zit, rustig de weekendkrant aan het lezen. Een kwieke bomma is het, met een schitterend vergrijsd poedelkapsel met lichtroze tinten, flashy zonnebril op de neus. Gehuld in een fel roze truitje ( was haar kapsel ooit even fel ? ) en een trendy jeans hoopt ze wellicht een halve eeuw jonger te lijken dan ze waarschijnlijk is. In haar ogen zie ik echter de sporen van een hard leven, gelukkig verborgen onder de jeugdige fonkelingen die ze nog steeds uitstralen. Het is duidelijk dat deze oma een zware strijd heeft gestreden, maar er als winnares is uitgekomen.
 
Gelukkig loopt er hier letterlijk en figuurlijk ook wat jonger volk rond, zeg maar de Iphone-generatie. Zonet liep er hier een frisse twintigster in strakke sportoutfit haar rondjes af te leggen. Helaas was ik net te laat met mijn fototoestel om al dat moois te vereeuwigen, al staat haar sexy figuurtje wellicht tot het einde der dagen op mijn netvliezen gebrand. Maar wat dan gezegd van de verleidelijke brunette die een beetje verderop zit, in een kort zwart kleedje, ijverig tippend op de onvermijdelijke smartphone. Haar lange haren dansen lustig mee op het verkwikkende briesje dat voor een welgekomen afkoeling zorgt. Terwijl Bruce Springsteen op de achtergrond zijn hart uitstort in een pakkend lied, kan ik alleen maar vaststellen dat de brunette slechts één van de zovele schoonheden is in het park. Wat is het toch met deze stad, dat zij als een zodanige reuzenmagneet schijnt te werken op al wat mooi en hip is? Alsook op een bescheiden wanna-be schrijver uit België.
 

Ja, en hoe zit dat daar dan met de mannen, hoor ik een vrouwelijke lezer terecht opmerken. Wel, die lopen hier ook rond, maar minder talrijk, minder opvallend. Ik vermoed dat ze zich momenteel allemaal in het zweet werken in de gym, of anders volgen ze wellicht een football-wedstrijd op TV in één van de vele sportbars in de buurt. Wél aanwezig is een hippe Aziatische gothic punker, die hier net als een schim aan mij passeerde en qua excentriciteit wel de top slaat. Gehuld in een blinkend zwart pak, leren broek versierd met weinig uitnodigende metalen kettingen, nog meer zilverwerk rond zijn hals. Nog opvallender zijn de roodgeverfde dreadlocks die als een fallussymbool boven zijn hoofddeksel op toornen. Bon, het type kerel/vampier dat je liever niet tegenkomt ’s nachts in een verlaten steegje.

 Misschien zullen de vrouwen meer interesse hebben voor de stoere kerel die een beetje verderop zit te pronken met zijn indrukwekkend ontbloot bovenlijf. En ik die dacht dat ik niet slecht bezig was met mijn 30km lopen per week, en mijn dagelijkse serie push-ups. Als een passerende oudere man met een jongedame, ik hoop zijn dochter, spontaan aan onze held zijn spierballen begint te voelen, doet Rambo daar niet moeilijk over. Ook als er vervolgens een foto genomen wordt, schijnt hem dat niet te deren. Misschien is hij wel een deel van de straatattracties? Vermoedelijk zijn het deze korte momenten van roem en glorie waarvoor onze held zich dagelijks in de club als een beest zit af te beulen.
 
 

Mijn aandacht is alweer snel afgeleid als een mooie jonge dame zich naast mij op het bankje komt zetten, boek in de hand. Ze ziet er best aardig uit, dus begin ik spontaan een gesprek met haar. Zo gaat dat nu eenmaal in New York. Ik vraag haar wat ik mezelf nu al de hele tijd afvraag; waarom zijn deze plaats en de stad in het algemeen, toch zo een trekpleister voor vrouwelijk schoon. En kijk, spontaan begint ze haar verhaal te vertellen. Blijkbaar vertellen de mensen hier wel graag over zichzelf, vooral als ik hen vertel dat ik schrijver ben. De ‘wanna-be’ laat ik dan even achterwege, uit tactische overwegingen. Opportunisme is onontbeerlijk in The Big Apple!
 
De jonge deerne noemt Hannah en komt uit Duitsland. Ze werkt als kindermeisje in Brooklyn. Voordien heeft ze als nanny in Californië gewerkt, maar daar klikte het minder goed met haar gastgezin. Tja, niet elke Amerikaan en Duitser komen zo goed overeen als Obama en Merkel. Aan de westkust vond ze de sfeer wel aangenamer dan hier, het was er relaxter om te wonen, de mensen waren er vriendelijker. Hier in New York voelt ze zich vaak alleen, het is er moeilijker om vrienden te maken. Het klinkt herkenbaar. Ik bevestig haar dat het als buitenstaander inderdaad moeilijk is om hier nieuwe mensen te leren kennen. Wellicht omdat iedereen hier te druk bezig is met zijn eigen leventje. Om de flat te kunnen betalen werken de meesten al gauw tot 60 uren per week, de overige uren zijn ze bezig met hun lichaam. Als ik haar dan vraag wat maakt dat toch zovelen hierheen trekken, volgt het voorspelbare antwoord. De vele mogelijkheden die New York biedt, het feit dat hier elke dag wel iets te beleven valt. Alsook de ( minieme ) kans om hier ‘ontdekt’ te worden. Ik spreek haar niet tegen.

Ik dank Hannah vervolgens voor het openhartige gesprek. Slechts 18 is ze, een leuke dame die probeert haar weg te vinden in deze immense stad. Ik vraag me af hoe het haar zal vergaan. Ze lijkt me echter pienter genoeg, ze heeft de looks en de brains, wellicht komt het wel goed met deze dame. Alvorens Washington Square te verlaten is het onmogelijk om niet te passeren langs de funky brassband, die inmiddels zowat het halve plein in vuur en vlam heeft gezet. Schitterend waartoe twee saxofoons en een drumstel, en vooral drie begenadigde muzikanten, in staat zijn. Zelfs ondergetekende kan nauwelijks enkele ritmische shakes onderdrukken. Al houterig dansend verlaat ik het plein op weg naar een andere locatie om mijn voyeuristische strooptocht verder te zetten. Op naar het immer hectische Union Square. 
 
 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten