Vervolgens begaf de kasteelheer zich richting voortuin, alwaar
zijn fiscaal aftrekbare dienstvrouw hem binnen enige momenten het ontbijt zou
voorschotelen, in het gezelschap van zijn gekleurde Wit-Russische minnares
Esmeralda en diens buitenechtelijke zoon, L’eau Rent. Die laatste kwam net het
kasteelerf opgestoven, met zijn door 16 paarden opgefokte huifkar. ‘Al een
geluk dat er in deze era nog geen gemotoriseerde mobiele vehicles bestaan’,
bedacht Godfreud toen hij L’Eau Rent met veel poeha de aerodynamische huifkar
zag uitstappen, ‘er zou immers menige kip, knaagdier of zelfs hangjongere onder
de motorkap belanden’. Hij prees zichzelf en zijn volk gelukkig dat de mensheid
hiervan voorlopig gevrijwaard bleef.
Godfreud was er immers van overtuigd, dat zodra er wel gmv’s over de
landelijke wegen zouden bollen, het niet uitgesloten was dat wereldvreemde Roma
zigeuners alsook schizofrene bejaarden zonder rijbewijs hiermede het platteland
onveilig zouden maken. Het leek hem in deze context zelfs niet uitgesloten dat
dit gepaard zou gaan met een significante stijging van het aantal lokale
aanrandingen, waarbij menig vrouwmens zich zou laten ontvallen dat ze nog
liever de coitus bedreef met een hondsdolle Duitse Herdershond dan met zo een
dialect sprekende Roma-zigeuner. Met een schizofrene bejaarde daarentegen…
‘Wees welgekomen ongewenst kind dat je bent’, sprak Godfreud
zijn onwettelijke troonopvolger toe, waarna zij samen koers zetten richting
Keizerlijke Voortuin, dewelke zich achteraan het kasteel bevond. Al
kwispelstaartend kwam Lucky Lick hen tegemoet, de gebrekkelijke Herdershond des
huizes, met opborrelend schuim op zijn tandeloze muil. ‘Dat beestje ziet er
gelukkig uit’, sprak L’Eau Rent tot de recentste minnaar van zijn moeder. En
Godfreud kon inderdaad niet anders dan beamen dat de drievoeter, ondanks zijn
door een Joodse Halhal-slager afgezaagde voorpoot, verdacht veel levensvreugde
uitstraalde, zonder hier echter verder bij na te denken. Misschien had er een
lichtje moeten gaan branden toen hij vervolgens zijn bedlegerige minnares
Esmeralda met haar atypische O-benen aan het prieel zag uithijgen, maar deze
overzienigheid weet Godfreud aan zijn één kwart Slavische oorsprong, alsmede
aan het feit dat de lamp op dat moment nog niet was uitgevonden. Zodus genoot Godfreud deze mooie zomerse donderdag onbezonnen
van een uitgebreid dadelontbijt dat bestond uit een geflambeerde augurk, een
gepocheerde konijnenpoot, Indische thee uit Kazachstan, en zorgvuldig gekookte
visgraten van een gefileerde zalm. Dadels at men enkel ’s avonds, omdat een
mens anders een hele dag met een onbehagelijk gevoel van winderigheid zat
opgescheept.
Toen Godfreud halfweg het ontbijt plots een wassend plasje
ontdekte onder het houten schommelpaard waarop Esmeralda, nog steeds hijgend, haar
proteïnen-shake nuttigde, voelde hij echter iets of wat nattigheid. Het was
weliswaar geen publiek geheim dat menig vrouwmens ondeugdzame prikkelingen aan
de flamoes ontwaart tijdens het berijden van een schommelpaard, maar de
krachtige stralen die eerst De
Keizerlijke Voortuin en vervolgens de omliggende akkers blank dreigden te zetten,
rechtvaardigden de bezorgde frons van
Godfreuds’ rechter wenkbrauw. Het leek erop dat de Watervallen van Coo
eigenhandig een geografische mutatie hadden ondergaan, doch besloot de
kasteelheer voorlopig alles op zijn beloop te laten. Al werd het eten van de
gepocheerde konijnenpoot wel een behoorlijk hachelijke onderneming, nu de imposante
troonstoel, dewelke Godfreud graag aanwendde voor een doordeweeks ontbijt,
reeds mijlenver van de gedekte tafel afdreef.
Gelukkig had het al in maanden niet meer geregend, en werkte
de drainage van het kasteel van Godfreud Van Kookvocht beter als die van menig
toekomstig voetbalveld, waardoor hij na het wegslikken van het laatste
visgraatje van de gefileerde zalm, zijn onecht kind alsnog zijn zorgvuldig
voorbereide vraag kon voorleggen: ‘L’Eau Rent, jij schande van een zoon,
schlemiel van het vierde knoopsgat, wordt het niet eens tijd dat we u gaan
voorbereiden op uw toekomstig koningschap? Tenslotte ben ik zelf niet meer de
jongste en gesteld dat ik nog 20 jaar het Europese Rijk als een tiran zal
overheersen, het zou alsnog 40 jaar te weinig zijn om van jou nog maar een halfwaardige
opvolger te maken’. Hierna sloeg hij L’Eau Rent pardoes op zijn smoel, om zijn
woorden enigszins kracht bij te zetten. Esmeralda aanschouwde het huiselijke
tafereel als een uitgerafelde bakvis met een oedipuscomplex. Meer dan de
mogelijkheid dat haar vadsige zoon, van wie ze nog steeds niet zeker wist wie
de vader was, koning zou worden, vroeg ze zich af of ze het schommelpaard ook
in het wit konden leveren.
L’Eau Rent op zijn beurt, pas terug van een verboden missie
in de Balkan, alwaar hij eigenhandig een project uit de grond had gestampt ter
bescherming van linkshandige eekhoorns met evenwichtsstoornissen, leek eveneens
weinig verrast door de lovende woorden van zijn onechte vader. Ook de
welgemikte vuist in zijn aangezicht incasseerde hij als een lamme goedzak. Het
moest er ooit eens van komen bedacht de notoire estafetteloper op de lange
afstand bij zichzelf, terwijl zich in zijn rechterhelft van de hersenen, de
enige die hij in de voormiddag aanwendde, reeds een uitgekiend plan ontwikkelde
om de hindernis van het nakende koningschap feilloos te ontwijken. Koning
worden allemaal goed en wel, maar wie zal ondertussen de wereld dan redden
bedacht de bastaardzoon, terwijl hij stiekem een protje liet hetwelk Lucky Lick
naar adem deed happen. Het waren ongetwijfeld de dadels van gisterenavond nog,
en hij meende ook nog een vleugje kriekenbier te ontwaren.
Ziezo, tot zover deel II. Voor het vervolg ga ik beroep doen op de 'echte' fans van Godfreud. Ik zou die enkele fans willen verzoeken om zelf een voorstel te doen, hoe dit verhaal mag verder gaan. Absurde voorstellen zijn dus zeker welkom. Het beste voorstel, als er al een voorstel komt uiteraard, zal ik dan verwerken in het vervolg van de Absurde Avonturen van Godfreud van Kookvocht! Laat jullie dus maar eens goed gaan!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten